TECH - Het overzetten van een analoge videobron

Wat veel mensen niet zullen weten is dat het omzetten van een analoge videobron meer stappen vereist dan je misschien denkt. Een aantal mensen heeft wellicht met een USB-apparaatje ooit al video's overgezet, maar helaas zijn die oplossingen niet optimaal. Wat je dan vaak krijgt is dat de overgezette video geen mooie kwaliteit heeft, er wellicht strepen (interlacing) door het beeld lopen, en dat de bestandsgrootte enorm hoog kan zijn.

Wat deze oplossing effectief doen is eigenlijk heel goedkoop. Zij nemen het analoge signaal via de (veelal) gele composiet-kabel, doen hier een digital-to-analog conversie op en voeren dat signaal door naar een chip die het ongecrompimeerde digitaal omzet naar een gecomprimeerde versie. Echter wordt hier maar al te vaak een goedkope codec voor gebruikt. Een codec zet een groot (ongecomprimeerd) bestand om naar een veel kleiner bestand zodat het handiger is om te slaan en bovendien gemakkelijker te delen valt.

Vaak wordt hier MPEG2 of MJPEG compressie toegepast, deze compressiemethodes bevinden zich in het publieke domein en zijn dus gratis te gebruiken. Echter zijn ze van lage kwaliteit voor hedendaagse standaarden. Ter vergelijking: MPEG2 is de compressietechniek die werd gebruikt voor DVD's in DVD-video formaat, en MJPEG werd in het begin van de 21ste eeuw veel gebruikt om video's op te slaan op compact camera's.

Omdat er in de goedkope USB oplossingen vaak flink wordt beknibbeld op de hardware, wordt er ook geen filtering op het signaal toegepast. Dat wil zeggen: het videosignaal wordt naar digitaal omgezet zoals deze is. Terwijl er op een analoog beeldsignaal doorgaans veel ruis zit en de kleuren vaak dof zijn. Daarnaast moet er deinterlacing worden toegepast om de 25 geïnterlinieerde beeldlijnen om te zetten naar 50 volledige beeldjes per seconde. Een duurder videoconversieapparaat heeft deze functionaliteit vaak wel en daardoor is het eindresultaat superieur.